1.A Wegenbeheer
Beleidskader
De algemene doelstelling voor het wegbeheer is het voeren van een duurzaam wegbeheer waarbij de veiligheid voor de verkeersdeelnemers in stand wordt gehouden. Comfort en aanzien van de weg spelen hierbij een beperkte rol. Uitgangspunt van het wegbeheer is het in 2013 vastgestelde ‘Beleidsplan Wegen 2013-2023’.
Om kapitaalvernietiging van asfaltverhardingen te voorkomen, moet onderhoud op B(asis)niveau worden uitgevoerd. Dit niveau komt overeen met de richtlijnen die worden beschreven in publicaties van de CROW, het nationale kennisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte. Onder het begrip basisniveau wordt verstaan: “Instandhouding op langere termijn, uitgaand van een gemiddelde levensduur. Er wordt geen achterstand opgebouwd. Incidenteel zijn kleine achterstanden in onderhoud mogelijk. Eventueel onveilige situaties worden onmiddellijk aangepakt.” Elementenverhardingen worden veilig en begaanbaar gehouden. Welke beeldkwaliteit daar uit volgt, is van ondergeschikt belang. Hierbij is als prioriteit in begaanbaarheid en uit te voeren onderhoud aangehouden het trottoir of het voetpad, het fietspad en vervolgens de straat en parkeervakken. Met dit uitgangspunt worden onderhoudswerkzaamheden aan elementenverhardingen van straten en parkeervakken met ruimere tussenpozen uitgevoerd dan van trottoirs en fietspaden.
Financieel kader
De financiële uitkomsten van het wegbeheersplan zijn in de meerjarenramingen vertaald en opgenomen onder het product ‘Wegen, straten en pleinen’ van het Programma Buitenruimte. De recente wijzigingen in het BBV hebben voor het wegbeheersplan gevolgen. Op wegen hebben we in het verleden meestal niet afgeschreven, voor groot onderhoud blijft dat onveranderd. Op nieuwe wegen ofwel renovatie (incl. fundering) van wegen zullen we in de toekomst wel gaan afschrijven. Het huidige onderhoudsbudget wegen plus de verrekening met de reserve wordt opgesplitst in een (groot) onderhoudsdeel en een renovatiedeel.
Egalisatiereserve wegbeheer
Op 1 januari 2017 heeft de reserve wegbeheer een saldo van circa € 1,7 mln. Conform het vastgestelde ‘Beleidsplan Wegen 2013-2023’, zal jaarlijks een bedrag uit de egalisatiereserve worden onttrokken en worden besteed als gedeeltelijke dekking voor het tekort op wegonderhoud.
Ontwikkelingen
Vanuit de VINEX-locatie De Volgerlanden zal in de komende jaren een aantal wegvakken voor overdracht naar de Algemene Dienst in aanmerking gaan komen, dit in samenhang met de voortgaande ontwikkeling van deze uitbreidingslocatie. Binnen de reservering voor areaaluitbreiding is hiermee rekening gehouden.
1.B Verkeer en vervoer
Beleidskader
In 2009 zijn in het kader van Gemeentelijk Verkeer en Vervoerplan voorkeurstructuren vastgesteld voor gemotoriseerd verkeer, openbaar vervoer en langzaam verkeer. Voor gemotoriseerd verkeer heeft dit geleid tot een nieuw wegencategoriseringsplan (voorkeurstructuur voor de hoofdwegen). Hierin zijn de kaders voor een goede bereikbaarheid, verkeersdoorstroming en veiligheid op de gemeentelijke wegen in het kader van Duurzaam Veilig vastgesteld.
Binnen dit Gemeentelijk Verkeer en Vervoerplan is eveneens het parkeerbeleid opgenomen.
Financieel kader
Voor een betere doorstroming van het openbaar vervoer en de verbetering van de toegankelijkheid van de bushaltes voor mensen met bewegingsbeperkingen zijn gelden beschikbaar gesteld, waarop de subsidie vanuit de BDUgelden in mindering wordt gebracht
1.C Openbare verlichting
Beleidskader
In het beleidsplan worden bepaalde eisen gesteld aan de kwaliteit van de verlichting, de kwaliteit van de installatie en de kwaliteit van de instandhouding. Het beheerplan is een uitwerking van de in het beleidsplan Openbare Verlichting van 2014 vastgelegde beleidsuitgangspunten. In het beheerplan wordt beschreven welk beheer en onderhoud uitgevoerd moet worden om de installatie en de verlichting op een gewenst kwaliteitsniveau te brengen of te houden en welke financiële middelen daarvoor nodig zijn. Uitgangspunt daarbij is het Collegeprogramma waarin het bestuur heeft aangegeven een duidelijke ambitie te hebben op het gebied van duurzaamheid, verkeersveiligheid en sociale veiligheid. Primair genereert het beheerplan de kwaliteiten van de OVL-installatie waarvoor deze bedoeld is: Bijdragen aan een veilige en leefbare buitenruimte in Hendrik-Ido-Ambacht als het donker is.
In 2018 wordt het beleidsplan geactualiseerd en ter besluitvorming aangeboden.
Financieel kader
In het beleidsplan worden bepaalde eisen gesteld aan de kwaliteit van de verlichting, de kwaliteit van de installatie en de kwaliteit van de instandhouding. Het beheerplan is een uitwerking van de in het beleidsplan Openbare Verlichting van 2014 vastgelegde beleidsuitgangspunten. In het beheerplan wordt beschreven welk beheer en onderhoud uitgevoerd moet worden om de installatie en de verlichting op een gewenst kwaliteitsniveau te brengen of te houden en welke financiële middelen daarvoor nodig zijn. Uitgangspunt daarbij is het Collegeprogramma waarin het bestuur heeft aangegeven een duidelijke ambitie te hebben op het gebied van duurzaamheid, verkeersveiligheid en sociale veiligheid. Primair genereert het beheerplan de kwaliteiten van de OVL-installatie waarvoor deze bedoeld is: Bijdragen aan een veilige en leefbare buitenruimte in Hendrik-Ido-Ambacht als het donker is. In 2018 wordt het beleidsplan geactualiseerd en ter besluitvorming aangeboden.
Egalisatiereserve openbare verlichting
Op 1 januari 2017 heeft de reserve openbare verlichting een saldo van circa € 0,2 mln. Deze egalisatiereserve heeft als doel het gelijkmatig verdelen van kosten in de tijd.
Ontwikkelingen
Op basis van in het beleidsplan vastgelegde uitgangspunten en het toepassen van nieuwe ontwikkelingen en technieken, zoals dimmen en LED verlichting, vervangen we in de komende jaren de nodige lichtmasten en armaturen om de installatie kwalitatief op peil te houden, de doelmatigheid te verbeteren en het energieverbruik te beperken. Daar waar het financieel kostenneutraal mogelijk is, wordt gebruik gemaakt van LED verlichting.
1.D Infrastructurele kunstwerken
Beleidskader
Binnen de openbare ruimte bevinden zich infrastructurele kunstwerken, die de kruising van (water)wegen of andere natuurlijke barrières mogelijk maken. Dit zijn onder andere bruggen, duikers, keermuren, trappen, tunnels en viaducten. Vanuit het oogpunt van veiligheid en aanzien moeten we deze onderdelen beheren en onderhouden. In het beleidsplan zijn de hoofdpunten van het beleid beschreven. Het huidige beleid is erop gericht de kunstwerken op het kwaliteitsniveau ‘basis’ te onderhouden. De uitgangspunten van het in januari 2017 door de raad vastgestelde beleids- en beheerplannen zijn vervolgens vertaald naar een plan van aanpak voor het onderhoud. In samenwerking tussen de zes Drechtsteden is gewerkt aan de opstelling van een gezamenlijk kader voor een beleidsplan civiele kunstwerken. In aansluiting op dit geformuleerde kader is in 2016 gewerkt aan de opstelling van zowel een nieuw gemeentelijk beleidsplan als een afzonderlijk beheerplan. Onderdeel hiervan is het uitvoeren van inspecties en het opstellen van rapportages van kunstwerken binnen de gemeente. Op basis van de uit de inspectie verkregen informatie is inzichtelijk gemaakt in welke jaren onderhouds- c.q. vervangingskosten voorzien worden. Hierbij is mede onderzocht of de voorziene werkzaamheden efficiënter kunnen worden uitgevoerd, zodat bezuiniging op o.a. arbeidskosten, maatregelen en materiaalkosten gerealiseerd kan worden. Uitgangspunt is een zodanig kwaliteitsniveau dat de kunstwerken en bruggen naar behoren functioneren en er dus geen sprake is van achterstallig onderhoud of gevaarlijke situaties. Bij het beheer heeft het voorkomen van gevaarlijke situaties eerste prioriteit. Tweede prioriteit is zorg dragen voor het goed functioneren van de voorzieningen, gevolgd door het wegwerken van eventueel achterstallig onderhoud.
Financieel kader
Voor het onderhouden van kunstwerken (bruggen, duikers, viaducten, verwijderen graffiti) is binnen het product “Infrastructurele kunstwerken” van het Programma Buitenruimte jaarlijks een budget beschikbaar.
1.E Verkeersvoorzieningen
Beleidskader
Verkeersvoorzieningen zoals verkeersborden, straatnaamborden, ANWB-bebording, schrikhekken en verkeerspalen zijn onderdeel van de openbare ruimte. Vanuit het oogpunt van verkeersveiligheid, bruikbaarheid en aanzien worden deze onderdelen beheerd en onderhouden.
In 2015 zijn beleids- en beheerplannen 'verkeersvoorzieningen' geactualiseerd. In de plannen zijn nieuwe beleidsuitgangspunten vertaald naar een geactualiseerd plan van aanpak voor het onderhoud aan de verschillende items en zijn de verschillende consequenties nader aangegeven.
De verkeersvoorzieningen worden op het basisniveau onderhouden, waarbij niet meer wordt uitgegaan van een kwaliteitsdifferentiatie per gebied. Reden hiervoor is dat verkeersvoorzieningen qua plaatsing, beheer en onderhoud moeten voldoen aan wettelijke bepalingen en landelijke richtlijnen. In het beheerplan zijn uitgangspunten voor de verkeersvoorzieningen geformuleerd.
Financieel kader
Voor het onderhoud van verkeersvoorzieningen is structureel een budget beschikbaar binnen het product “wegen, straten en pleinen” van het Programma Buitenruimte.
1.F Straatmeubilair
Beleidskader
Straatmeubilair zoals banken, afvalbakken, fietsenstallingen en abri’s, is een wezenlijk onderdeel van de openbare ruimte. Vanuit het oogpunt van veiligheid, bruikbaarheid en aanzien worden deze onderdelen beheerd en onderhouden. In 2015 zijn de beleids- en beheerplannen ‘straatmeubilair’ geactualiseerd. In de plannen zijn nieuwe beleidsuitgangspunten vertaald naar een geactualiseerd plan van aanpak voor het onderhoud aan de verschillende items en zijn de verschillende consequenties nader aangegeven.
Essentieel bij het beheer/onderhoud is het te hanteren kwaliteitsniveau voor het onderhoud. Op basis van de landelijke wetgeving en richtlijnen worden de betreffende voorzieningen in de openbare ruimte onderhouden op het kwaliteitsniveau ‘basis’.
Financieel kader
Voor het onderhoud van straatmeubilair is een budget beschikbaar binnen het product “wegen, straten en pleinen” van het Programma Buitenruimte.