Financiële begroting

1. Inleiding

Terug naar navigatie - 1. Inleiding

De financiële begroting bevat een nadere toelichting op de financiële positie van de gemeente. Begonnen wordt met een uiteenzetting over de ontwikkeling van de financiële positie na vaststelling van de meerjarenbegroting 2017 en verder. Vervolgens komen een aantal specifieke financiële aspecten aan de orde, zoals het totaal van baten en lasten per programma, de incidentele baten en lasten, een samenvatting van nieuwe en/of geïntensiveerde exploitatiekosten, investeringen en de reservepositie.

NB In alle financiële tabellen zijn de bedragen afgerond op duizendtallen. Hierdoor kunnen in enkele eindtellingen afrondingsverschillen ontstaan. Dit heeft geen invloed op de daadwerkelijke cijfers.

 

2. Ontwikkeling financiële positie

Terug naar navigatie - 2. Ontwikkeling financiële positie

 Van Meerjarenbegroting 2017 naar Meerjarenbegroting 2018

Het financiële overzicht ziet er als volgt uit:

Tabel 1

 

 

Algemene uitkering: De meicirculaire geeft een positief resultaat. Dit heeft voornamelijk te maken met stijging van het aantal bijstandscliënten, de nieuwe maatstaf loonkostensubsidie en de bijstelling van de inflatie voor alle jaren. Daarnaast loopt de ontwikkeling van de lonen en de prijzen in de CPB-raming in de Voorjaarsnota fors op ten opzichte van de Miljoenennota 2017. Ook de compensatie voor de gestegen ABP-premies voor de rijksambtenaren leidt tot een stijging van het accres. Tevens laat 2016 een overbesteding zien van het Rijk op de rijksuitgaven in plaats van de onderbesteding die de afgelopen jaren te zien was. Hierdoor wordt het structurele accres ook positief beïnvloed.

Financiering: De kosten voor het aantrekken van leningen zijn een afgeleide van hetgeen in de begroting plaatsvindt. Veranderingen in de grondexploitaties en investeringen vinden hun weerslag in de financieringsbehoefte. De rente is momenteel laag

Eneco: In de begroting 2017 was een jaarlijks dividend van € 450.000 opgenomen. Wij gaan er vanuit dat de helft daarvan betrekking heeft op het onderdeel Stedin. Omdat de grote gemeenten de aandelen van Eneco wensen te verkopen, zijn wij in onze cijfers uitgegaan van de verkoop optie. Dan zou het dividend Eneco vervallen, maar verlagen onze rentekosten als gevolg van de financieringsinkomsten uit de verkoop. Een goede schatting van het netto resultaat is lastig te maken, vooralsnog hebben we € 105.000 nadeel opgenomen vanaf 2020 (dividend 2018 wordt nog in 2019 uitbetaald)

Regio: Deze post staat uit diverse bedragen. Zo is de nieuwe verdeelsystematiek van de VRZHZ vastgesteld. Dit geeft voor ons een nadeel van € 240.000 vanaf 2020. Doordat we in 2019 door de voordeelgemeenten nog gecompenseerd worden, is het nadeel in 2019 € 120.000.

Voor het tekort bij de bijstand hebben we in het jaar 2019 € 285.000 opgenomen, 2020 € 190.000 en 2021

€ 95.000. We rekenen erop dat de uitgaven zullen dalen en/of anders de rijksuitkering zal stijgen, of een combinatie hiervan, zodat de uitgaven en inkomsten in 2022 weer in evenwicht zijn. (n.b. in de kadernota was al rekening gehouden met een tekort voor 2018 van € 380.000).

Tekort afval: De oplossingen om het tekort op afval terug te dringen vergen een invoeringstermijn, daarom is er in 2018 vooralsnog € 250.000 bijgeraamd. Voor de jaren erna is PM opgenomen, omdat veel zal afhangen van de keuzes die de raad op dit gebied zal moeten gaan maken.

Belastingopbrengst: Actualisatie van de belastingopbrengsten rekening houdend met de nieuwe planning vanuit De Volgerlanden voor wat betreft de groei van het aantal woningen.

Diversen: Diverse kleine wijzigingen.

Kaders scholen Kruiswiel: In de raad van juli 2017 zijn de nieuwe kaders voor de scholen Kruiswiel vastgesteld, deze kaders betekenen circa € 1,6 miljoen aan extra investering. De kapitaallasten van deze extra investering hebben wij in deze meerjarenbegroting verwerkt om alvast de financiële ruimte te creëren om bij de invulling naar de kaders te handelen.

Precario: Volgens het wetsontwerp dat begin 2017 is aangenomen, moet de precario ultimo 2021 zijn afgeschaft. In de Kadernota 2018 is de lijn gekozen om vooralsnog de precario nog 5 jaar te heffen, maar de afhankelijkheid van de dekking in 5 stappen afbouwen. In de tussentijd zijn deze middelen dan beschikbaar als buffer voor incidentele tegenvallers.

Uitgangspunten

Tabel 2

 

 

 

 

 

 

 

2018

2019

2020

2021

Woningprognose

12.137

12.187

12.237

12.337

Inwonerprognose

30.342

30.467

30.592

30.842

Prijsstijging

2%

0%

0%

0%

Subsidies

2%

0%

0%

0%

Loonstijging

2%

0%

0%

0%

Omslagrente

2%

2%

2%

2%

Kapitaallasten

Annuïtair

Annuïtair

Annuïtair

Annuïtair

Algemene uitkering

Lopende

Constante

Constante

Constante

    (meicirculaire)

prijzen

prijzen

prijzen

prijzen

 

Van realisatie 2016 naar begroting 2017 naar begroting 2018

In navolgend overzicht worden aanmerkelijke verschillen tussen de begroting 2018 en de begroting 2017
en realisatie 2016 toegelicht.

Een aanmerkelijk verschil is een verschil groter dan € 50.000 op taakveldniveau.

Tabel 3

 

 


 

  

Toelichting:

1. Sociaal, Welzijn en Educatie

Verschil begroting 2018 t.o.v. begroting 2017:

Onderwijsbeleid en leerlingenzaken: In 2018 (en verder) zijn kapitaallasten voor scholen Kruiswiel verwerkt om alvast de financiële ruimte te creëren om bij de invulling naar de kaders te handelen.

Sportaccommodaties: In 2017 is de boekwaarde van het huidige binnenzwembad afgeboekt.

Samenkracht en burgerparticipatie: Het verschil wordt veroorzaakt door de Knoppennotitie Serviceorganisatie Jeugd, vastgesteld op 6 juli 2017: de zorgvraag groeit en tegelijkertijd worden we in 2018 geconfronteerd met een budgetreductie vanuit het Rijk. Daarnaast zijn in 2018 meer uren geraamd.

Wijkteams: In 2018 zijn de kosten geraamd van de notitie evaluatie en doorontwikkeling Sociaal Wijkteam.

Inkomensregelingen: De verschillen worden veroorzaakt doordat voor het sociale domein de meicirculaire is verwerkt welke per jaar fluctueert.

 Begeleide participatie: De bijdrage in het tekort op de sociale werkvoorziening neemt toe.

 Arbeidsparticipatie: De verschillen worden veroorzaakt doordat voor het sociale domein de meicirculaire is verwerkt welke per jaar fluctueert

 Maatwerkvoorzieningen (WMO), Maatwerk dienstverlening 18+, Maatwerk dienstverlening 18- en Geëscaleerde zorg 18-: De verschillen worden veroorzaakt door de verschillen in de begroting van de Dienst Gezondheid & Jeugd o.a. naar aanleiding van de meicirculaire.

Verschil begroting 2018 t.o.v. realisatie 2016: 

Onderwijshuisvesting: De nieuwe BBV-regels zorgen voor een verlaging van de rente op investeringen.

Onderwijsbeleid en leerlingenzaken: In 2018 (en verder) zijn kapitaallasten voor scholen Kruiswiel verwerkt om alvast de financiële ruimte te creëren om bij de invulling naar de kaders te handelen. In 2016 waren de huisvestingskosten lokaal onderwijs hoger dan in 2018 is geraamd als gevolg van o.a. schades door vandalisme.

 Sportbeleid en activering: in 2016 is een bedrag van € 300.000 beschikbaar gesteld voor de vervanging van drie velden bij HC Derby.

 Sportaccommodaties: De nieuwe BBV-regels zorgen voor een verlaging van de rente op investeringen en een verlaging van de personeelslasten in de vorm van overhead. In 2016 zijn de onderhoudskosten voor de gymzalen en sporthal Sophiahal 36K lager dan geraamd in 2018.

 Cultuurpresentatie, cultuurproductie en cultuurparticipatie: Ook hier zorgen de nieuwe BBV-regels voor een verlaging van de rente op investeringen en een verlaging van de personeelslasten in de vorm van overhead.

 (openlucht-)recreatie: In 2016 is een bijdrage gedaan van € 300.000 in de kosten van het zorggebouw op het Jeugdspeelpark ten laste van de reserve Spoorfonds.

 Samenkracht en burgerparticipatie: Het verschil wordt veroorzaakt door de Knoppennotitie Serviceorganisatie Jeugd, vastgesteld op 6 juli 2017: de zorgvraag groeit en tegelijkertijd worden we in 2018 geconfronteerd met een budgetreductie vanuit het Rijk. Daarnaast zorgen ook hier de nieuwe BBV-regels voor verschuivingen: de rente over de investeringen is lager en de personeelslasten ook door het ontbreken van overheadkosten.

 Wijkteams: In 2016 is er een afrekening over 2015 en 2016 ontvangen voor uitvoering beschermd wonen en opvang voor totaal € 895.000 (Dordrecht is centrum gemeente). Het overige wordt veroorzaakt doordat de meicirculaire is verwerkt, welke per jaar fluctueert.

 Inkomensregelingen, Arbeidsparticipatie en Maatwerkvoorzieningen (WMO): De verschillen worden veroorzaakt doordat voor het sociale domein de meicirculaire is verwerkt welke per jaar fluctueert.

 Maatwerk dienstverlening 18+ en Geëscaleerde zorg 18-: Het verschil wordt veroorzaakt door de verschillen in de begroting van de Dienst Gezondheid & Jeugd o.a. naar aanleiding van de meicirculaire.

 2. Ruimtelijke ordening, economie en wonen

Verschil begroting 2018 t.o.v. begroting 2017:

Fysieke bedrijfsinfrastructuur: De bedragen bestaan uit de geraamde kosten en opbrengsten van de grondexploitaties Ambachtsezoom en Centrumgebied. Deze lasten en baten verschillen doordat de projecten in ontwikkeling zijn. De verschillen lopen binnen het programma budgettair neutraal.

 Grondexploitatie (niet-bedrijventerreinen): De bedragen bestaan uit de geraamde kosten en opbrengsten van de grondexploitatie De Volgerlanden. Deze lasten en baten verschillen doordat het project in ontwikkeling is. De verschillen lopen binnen het programma budgettair neutraal. In 2017 is een bijdrage aan Zwijndrecht begroot voor de financiële afhandeling van de afspraken omtrent de verslechtering van de grondexploitatie De Volgerlanden door de toevoeging van extra groen rond het Perenlaantje.

 Wonen en bouwen: In 2018 zijn de inkomsten leges bouwvergunningen lager. De apparaatskosten zijn hoger omdat in 2018 meer uren geraamd.

 Verschil begroting 2018 t.o.v. realisatie 2016:

 Fysieke bedrijfsinfrastructuur: De bedragen bestaan uit de geraamde kosten en opbrengsten van de grondexploitaties Ambachtsezoom en Centrumgebied. Deze lasten en baten verschillen doordat de projecten in ontwikkeling zijn. De verschillen lopen binnen het programma budgettair neutraal.

Milieubeheer: Ook hier wordt het verschil veroorzaakt door lagere personeelskosten door het ontbreken van overhead.

Ruimtelijke Ordening: Het verschil wordt veroorzaakt door lagere personeelslasten door het ontbreken van overhead. De kapitaallasten en rente-inkomsten over de lening ROM-D staan in 2018 op het taakveld 0.5 treasury. In 2016 is de definitieve afrekening op de verhaalbare kosten anterieure overeenkomst met betrekking tot 123 Koopcentrum ontvangen.

 Grondexploitatie (niet-bedrijventerreinen): De bedragen bestaan uit de geraamde kosten en opbrengsten van de grondexploitatie De Volgerlanden. Deze lasten en baten verschillen doordat het project in ontwikkeling is. De verschillen lopen binnen het programma budgettair neutraal. In 2016 is de grondexploitatie Zuidwende Noord afgesloten. De boekwaarde van € 231.640 is ten gunste van de exploitatie gebracht.

 Wonen en bouwen: De personeelslasten zijn lager door het ontbreken van overhead. In 2016 zijn JFK en Klimop gesloopt. In 2016 zijn de inkomsten op leges bouwvergunningen hoger als gevolg van het verlenen van meer complexe vergunningen.

 

3. Buitenruimte

Verschil begroting 2018 t.o.v. begroting 2017:

 Verkeer en vervoer: Het groot onderhoud wegen is in 2018 verhoogd met een prijsindex, dat geldt ook voor het beheer en onderhoud van lichtobjecten. Daarnaast zijn er meer uren toegeschreven om de taken te kunnen uitvoeren.

 Riolering: Het verschil tussen de begrote uitgaven voor Riolering in 2018 en 2017 wordt veroorzaakt doordat er meer uren worden toegeschreven. Tegelijkertijd voorzien wij een stijging van de inkomsten op de rioolheffingen in 2018.

 Afval: In 2018 is de bedoeling besparingen te realiseren op de uitvoering van het afval. Daarnaast worden er minder uren toegeschreven, dus dalen de personeelslasten. Tegelijkertijd zijn de begrote inkomsten verhoogd met een prijsindex en hogere opbrengsten uit de heffingen.

 RO Vastgoedregistratie: De personeelslasten voor de vastgoedregistratie zijn in 2018 lager begroot omdat er minder uren toegeschreven worden

Verschil begroting 2018 t.o.v. realisatie 2016:

 Verkeer en vervoer: In 2016 zijn er met incidenteel geld extra parkeerplaatsen aangelegd.

 Openbaar vervoer: De bijdrage aan bureau Drechtsteden is vanaf 2017 verdeelt over diverse taakvelden. Waar dat in 2016 nog op programma 4 werd geraamd.

 Openbaar groen: In 2016 is er incidenteel geld beschikbaar gesteld voor niet chemische onkruidbestrijding en herplant van bomen. Daarnaast ook hier de BBV- wijzigingen op personeelslasten.

 Riolering: De gevolgen van de wijzigingen in de BBV zijn hier nog van invloed. Er is sprake van een verlaging van de rente op de investeringen en een verlaging van de personeelslasten in de vorm van overhead.

 Afval: Voor de verwerking van afval in 2018 zijn minder kosten begroot vanwege de voorgenomen besparingsmaatregelen. We voorzien lagere personeelslasten dan in 2016 omdat er minder uren toegeschreven worden. Bovendien verwachten we hogere opbrengsten uit de afvalstoffenheffing als gevolg van de prijsindex en een bijdrage van de GBD die eerder onder een ander programma werd begroot.

 Begraafplaatsen: Ook hier zijn de gevolgen van de wijzigingen in de BBV nog van invloed. Er is sprake van een verlaging van de rente op de investeringen en een verlaging van de personeelslasten in de vorm van overhead.

 RO Vastgoedregistratie: De personeelslasten voor de vastgoedregistratie zijn in 2018 lager begroot omdat er minder uren toegeschreven worden.

 

4.Veiligheid, dienstverlening, bestuur en middelen

 Verschil begroting 2018 t.o.v. begroting 2017:

 Bestuur: De buffer van precario voor incidentele tegenvallers is opgenomen onder taakveld bestuur.

 Overhead: Vanaf 2017 levert een lagere bijdrage aan de GRD door de nieuwe verdeelsystematiek lagere lasten op.

 Algemene uitkering en overige uitkeringen Gemeentefonds: De uitkomsten van de circulaires verschillen per jaar. De uitkomsten van de meicirculaire zijn hier meerjarig verwerkt.

 Overige baten en lasten: Volgens de nieuwe BBV is er een nieuwe toerekening van overhead. Voor de Volgerlanden is de tegenboeking in 2017 op overige lasten en baten gezet

 Crisisbeheersing en Brandweer: Het verschil wordt veroorzaakt door het verschil in de begroting van de VRZHZ.

 Verschil begroting 2018 t.o.v. realisatie 2016:

 Bestuur: De bijdragen aan de gemeenschappelijke belastingdienst Drechtsteden zijn nu verdeeld over de taakvelden 7.2 riolering, 7.3 afval, 8.13 RO-vastgoedregistratie, 0.61 OZB woningen, 0.62 OZB niet-woningen en 0.64 belastingen overig. Daarnaast zijn de apparaatskosten van de afdeling Bestuurszaken niet meer aan het taakveld bestuur toegevoegd, maar deze vallen onder de overhead. Tenslotte is de buffer van precario voor incidentele tegenvallers opgenomen onder taakveld bestuur.

 Burgerzaken: De bijdrage aan Dienstverlening Drechtsteden is in 2018 verwerkt. De bijbehorende budgetten vanuit onze eigen begroting zijn afgeraamd. Dit was in 2016 nog niet gebeurd.

 Overhead: Op het taakveld overhead staan vanaf 2017 alle kosten die niet direct aan een product toe te rekenen zijn, deze werden voorheen via de kostenverdeelstaat in het uurtarief doorberekend.

Treasury: Hier worden alle kosten voor de leningen, maar ook de doorberekende kapitaallasten op geboekt. Voorheen werd dit allemaal via de kostenverdeelstaat geboekt.

 OZB woningen: De inkomsten en uitgaven van de OZB woningen worden vanaf 2017 op een apart taakveld geboekt. In 2016 werden deze inkomsten en uitgaven nog bij belastingen overig geboekt.

 OZB niet-woningen: De inkomsten en uitgaven van de OZB niet-woningen worden vanaf 2017 op een apart taakveld geboekt. In 2015 werden deze inkomsten en uitgaven nog bij belastingen overig geboekt.

 Belastingen overig: Vanaf 2017 zijn er aparte taakvelden voor OZB woningen en OZB niet-woningen. In 2016 zijn deze inkomsten en uitgaven nog op belastingen overig geboekt. Wat vanaf 2017 overblijft is gebleven op dit taakveld is de hondenbelasting en precario.

Algemene uitkering en overige uitkeringen Gemeentefonds: De uitkomsten van de circulaires verschillen per jaar. De uitkomsten van de meicirculaire zijn hier meerjarig verwerkt.

Openbare orde en Veiligheid: De personeelslasten worden hier zonder overhead gepresenteerd. Daarnaast zijn niet alle personeelslasten meer aan dit product toe te rekenen, door de wijziging in de BBV vallen deze uren in de overhead.

3. Financiële aspecten

Terug naar navigatie - 3. Financiële aspecten

Overzicht baten en lasten programma's

De volgende tabel toont meerjarig de totale lasten en baten uitgesplitst naar de programma's.
In tabel 4 worden de baten en lasten gepresenteerd exclusief de toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves, dit leidt tot het geraamde resultaat van baten en lasten.

Ook worden de totale mutaties met de reserves getoond, en dat leidt tot het geraamde resultaat.

In de daarop volgende tabel 5 zijn de toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves uitgesplitst per reserve.

Tabel 4 

Baten en lasten op programma (bedragen x € 1.000)

 

Tabel 5 - Mutaties op de reserves

Uitsplitsing per reserve

** Het saldo van de reserve rendement nalatenschap mw. Spoor- van Tichelt is in 2017 toegevoegd aan de reserve nalatenschap mw. Spoor- van Tichelt. De aandelen en obligaties zijn enkele jaren geleden verkocht dus er zal geen rendement meer aan die reserve toegevoegd gaan worden.

Voor de toelichting op de mutaties op de reserves zie de toelichtingen onder tabel 6 en 7. Zie ook tabel 10 voor de standen van de reserves.

Overzicht incidentele baten en lasten

Voor de beoordeling van de meerjarige financiële positie is het belangrijk om inzicht te hebben in de incidentele baten en lasten. Dit zijn posten die niet langer dan 3 jaar in de begroting zijn opgenomen. Structurele lasten dienen gedekt te worden door structurele baten. In navolgende tabel zijn de incidentele baten en lasten (korter dan 4 jaar) opgenomen met een ondergrens van € 50.000.

Tabel 6

Toelichting

In de raad van 1 juni 2017 is besloten een bedrag van € 86.000,-- uit de reserve 3D te onttrekken t.b.v. de kosten van de evaluatie en doorontwikkeling van het Sociaal Wijkteam in 2018.

In de begroting van de S.D.D. is een bedrag van € 72.000,-- opgenomen ten laste van taakveld 6.5, participatie, "impuls statushouders". De kosten zullen worden gedekt uit de reserve Lokale demografische groei.

Ondanks de te realiseren besparing op afval wordt in 2018 toch nog een tekort op het taakveld afval verwacht en daarom is voor dat jaar de raming verhoogd met € 250.000,-- . Met ingang van 2019 moet besparing gerealiseerd zijn.

In 2018 wordt er nog eenmalig een bedrag van € 10.000,-- aan de reserve begraafplaatsen toegevoegd ter dekking van de kosten i.v.m. ruiming.

Structurele mutaties reserves

Omdat de financiële positie van de gemeente in gevaar zou kunnen komen wanneer structurele lasten uit een reserve worden gedekt, wordt vanaf 2013 een overzicht van de structurele onttrekkingen uit reserves voorgeschreven. Een onttrekking aan een reserve moet gezien worden als een incidentele baat, omdat een reserve op termijn uitgeput is. Ook hier wordt een periode van 3 jaar of langer als structureel beschouwd.

Tabel 7

In de tabel worden zowel de toevoegingen als de onttrekkingen weergegeven. Om een eventueel risico van uitputting van de reserve en ongedekte structurele lasten te duiden, zijn alleen de structurele onttrekkingen van belang.

Onttrekkingen:

Het taakveld Begraafplaats is wat begroting betreft een neutraal taakveld, d.w.z. dat het saldo tussen de inkomsten en uitgaven of nul moet zijn, of een bepaald saldo mag zijn. De komende 4 jaar wordt een bedrag aan de reserve onttrokken om het taakveld neutraal te maken.

Het beleidsplan wegen 2013-2023, vastgesteld in de raad van 13 mei 2013, gaat uit van een jaarlijkse dekking van de extra onderhoudskosten uit de egalisatiereserve wegbeheer. De reserve is toereikend.

De geraamde kosten voor subsidies uit het "familie Spoorfonds" plus de kosten van beheer en verzekering van het familie Spoor antiek, worden gedekt uit de reserve nalatenschap mevrouw Spoor- van Tichelt.

Toevoegingen:

Aan de reserve MOP, meerjarig onderhoudsplan gebouwen, wordt jaarlijks het saldo op de onderhoudsposten van de diverse gemeentelijke gebouwen toegevoegd.

De reserves wegbeheer en openbare verlichting worden jaarlijks gemuteerd met het saldo op de onderhoudsposten. In de uitvoering van de onderhoudsplannen fluctueren de uitgaven. Dit wordt opgevangen door een onttrekking of toevoeging aan de reserve. Het bedrag is op voorhand niet bekend, vandaar de opname als PM.

Investeringen

In navolgend overzicht staan de investeringen getotaliseerd naar economisch en maatschappelijk nut en naar programma voor de jaren 2018-2021.

In het raadsbesluit over deze meerjarenbegroting wordt verzocht de routine- en vervangingsinvesteringen voor het dienstjaar beschikbaar te stellen. Ook wordt verzocht de kredieten voor 2018 beschikbaar te stellen zoals aangegeven in het GRP 2014-2018.

Tabel 8

Tabel 9

In navolgend overzicht wordt de ontwikkeling van de financiering, de reserves en de voorzieningen weergegeven. Dit geeft een beeld van het financieringstekort c.q. -overschot.

Reserves en voorzieningen

In navolgend overzicht wordt de omvang van de reserves en voorzieningen in meerjarig perspectief gepresenteerd.

Tabel 10

Geprognosticeerde balans

Tabel 11

EMU-saldo

Op grond van de Europese begrotingsregels mag het landelijk EMU-tekort (het gezamenlijk tekort van het Rijk, lokale overheden en sociale fondsen) van de landen die participeren in de Economische Monetaire Unie niet boven de 3% uitkomen. Een goede informatievoorziening voor het Rijk is essentieel voor het monitoren en beheersen van het EMU-saldo. In navolgend overzicht wordt deze informatie voor wat betreft Hendrik-Ido-Ambacht gepresenteerd.

Tabel 12